Qi Gong

Qigong (uitspraak: tsjie ghong) is een onderdeel van de Chinese leer, die men zich aanleert, om de lichamelijke en geestelijke gezondheid te behouden en te verbeteren.

Qigong-oefeningen zijn meestal opzichzelfstaande oefeningen waarbij men de lichaamsdelen volgens een voorgeschreven patroon beweegt, en deze bewegingen enige malen herhaalt, alvorens men naar een volgende beweging overstapt. Een Qigong-oefening kan ook statisch zijn, waarbij een staande of zittende houding langere tijd wordt aangehouden. Verder wordt de nadruk gelegd op ademhalingsoefeningen.

Het herhaaldelijk bewegen en correct ademhalen wordt geacht de stroming van Qi (levensenergie) in het lichaam positief te beïnvloeden. Elk lichaamsdeel (met de nadruk op interne organen) wordt geacht een zekere mate van Qi te hebben. De Qi in alle lichaamsdelen is, als ze gezond zijn, in balans. Door het uitvoeren van de Qigong-oefeningen poogt men deze balans te onderhouden of te herstellen.

Daoyin is een oude Chinese lichaam-geest oefening gericht op de gezondheid, maar ook op fysieke en geestelijke reiniging. De vroegere asceten geloofden dat het gebruikt kon worden om de "eeuwige jeugd" ( changsheng bulao ) te verkrijgen. De eerste historische verwijzing naar daoyin staat in de Zhuangzi, een Taoistische tekst geschreven tussen de 4e en de 2e eeuw voor Christus.